Station Luik-Guillemins 

is het belangrijkste  van de stad.  Het is genoemd naar de wijk  waarin het ligt. Deze wijk is op zijn beurt weer genoemd naar de kloosterorde van de Wilhelmieten, die daar in 1287 een klooster stichtte.
Op het eind van de twintigste eeuw voldeed het oude station niet meer. Langs de hogesnelheidslijn tussen Brussel en Keulen is Luik een belangrijk station. Na een internationale wedstrijd werd het project van de Spaanse architect Santiago Calatrava gekozen. Calatrava's ontwerpen zijn spraakmakend en bovendien heeft hij zich meermalen bewezen met het ontwerpen van stations.
Het nieuwe station is gemaakt van staal, glas en wit beton, en beschikt over een monumentale overkapping van 200 m lang en 35 m hoog. De datum van de oplevering was oorspronkelijk gepland voor april 2006. Uiteindelijk vond de feestelijke opening van het station plaats in 2009.
Enkele feiten
Architectenselectie: 1996
Start bouwwerkzaamheden: 1998
Bouwsom: 445 miljoen euro (waarvan 312 voor het station)
Bouwmaterialen: wit beton, staal, glas, Belgisch natuursteen (de vloeren)
Vloeroppervlak: 49.000 vierkante meter
Totale lengte station: 488 meter (waarvan 410 overdekt)
Totale breedte station: 160 meter
Hoogste punt: circa 40 meter

Wandelen door het historisch centrum van Luik

Hoewel Luik in 1914 tijdens de Slag om Luik veel te lijden had van de Duitsers, zijn er in de stad nog vele historische gebouwen te vinden.
Het stadsbeeld wordt bepaald door twee heuvels: de 100 meter hoge heuvel van de citadel en de Publémont, waarop de Sint-Maartenskerk staat. De binnenstad bestaat uit nauwe straatjes en kleine pleinen, die vaak autovrij zijn.
Tijdens de wandeling Het historisch Hart kom je langs een groot deel van deze gebouwen. Je gaat van start op het centraal gelegen Place Saint-Lambert. Dit plein had jarenlang de aanblik van een bouwput. Met steun van de Europese Unie is het weer het kloppend hart van de stad. Op deze plek stond de kathedraal Saint-Lambert, waarvan de plattegrond in de bestrating is weergegeven. Ondergronds ligt het Archeoforum waar delen van de oude kathedraal te zien zijn, de muren van een Romeins huis en andere archeologische vondsten. Aan het plein staat het gotisch bisschoppelijk paleis, nu zetel van het Paleis van Justitie en de provinciale overheid. Naast dit grote plein ligt de Place du Marché, ook wel de Grote Markt genoemd, omzoomd door fraaie huizen met 17de-eeuwse gevels. Aan de Place de la Cathédrale staat de kathedraal Saint-Paul. Oorspronkelijk uit de 10de eeuw, maar in de 13de eeuw herbouwd. In de 19de eeuw kreeg de kerk zijn huidige neo-gotische uiterlijk. De kathedraalschat, met o.a. het schrijn van Karel De Stoute, is één van de rijkste van ons land.
Vlak voor het collegiale kerk Saint-Barthélemy kun je  een kijkje nemen in de bekende ‘doodlopende steegjes’. Deze karaktervolle straatjes vormen een wereld op zich. De huisjes zijn klein, maar goed onderhouden en geven je het gevoel eeuwen terug in de tijd te gaan.
In de Saint-Barthélémykerk kan je de beroemde bronzen doopvont bewonderen.Tussen 1107 en 1118 bestelde Hellin, aartsdiaken van Luik en pastoor van O.L.Vrouw van de doopvont, een doopvont in geelkoper voor zijn kerk. Dit meesterwerk van de Maaslandse Romaanse kunst wordt toegeschreven aan Renier, goudsmid te Hoei (Huy) in de eerste helft van de XIIe eeuw.

Info over kostprijs en vertrekuur volgt later