Geef uw gebruikersnaam en wachtwoord in:
Blijf ingelogd:
Paswoord vergeten?

Bestuursleden

De politieke partijen aan het woord
Curieus naar de politieke visie rond ouderenbeleid? Ontdek het hier.

 

 

Onze FOERT-campagne gaat niet onopgemerkt voorbij. Niet alleen bij onze Neos-leden, ook politiek werd ze opgepikt. In de eerste plaats door CD&V, de partij die tijdens haar laatste congres een ‘Ouderenplan’ naar voor schoof. Voorzitter Sammy Mahdi nodigde ons uit voor een gesprek. Daar gingen wij graag op in en we legden uiteraard ook ons oor te luisteren bij de andere politieke partijen. Opmerkelijk: voorzitter Sammy Mahdi had ook een prangende vraag voor en over Neos. 

 

___________

 

Disclaimer: alle politieke partijen werden aangeschreven om hun visie te geven. Van de partijen die je niet terugvindt hier kregen we geen reactie.

 

 

 

 

 

Geef ouderen het respect dat ze verdienen 

 

Een zwoele zomerdag in juni. En de beide protagonisten – CD&V-voorzitter Sammy Mahdi en Neos-directeur Martin De Loose – slagen erin het nog warmer te maken. Gloedvol bepleiten deze jonge veulens (respectievelijk 35 en 43) de positie van ouderen in de samenleving: Hoe de beeldvorming hopeloos achter hinkt op de realiteit, hoe het vrijwilligerswerk van ouderen ondergewaardeerd wordt, hoe ouderen en zorg nog té vaak in één adem genoemd worden,  
Maar Neos is en blijft in de eerste plaats natuurlijk een ledenvereniging. Een ledenvereniging die het goed doet en dat is de CD&V-voorzitter niet ontgaan. 

 

Magische formule  

Sammy Mahdi: In een wereld vol verandering lijkt het steeds moeilijker om mensen te overtuigen lid te worden van of engagement op te nemen in een vereniging. En dan had je nog corona om roet in het eten te gooien. Maar Neos lijkt die periode goed doorgekomen. Verklap ons jullie geheim recept! (lacht) 
Martin De Loose: Een bruisend verenigingsleven komt niet vanzelf. Het moet op de juiste manier vastgepakt worden. Onze kracht zit in het lokale, in de 2.000 vrijwilligers die ook vandaag en in een sterk geïndividualiseerde samenleven nog engagement willen nemen. Als iedereen blijft roepen ‘Er zijn geen vrijwilligers meer!’ dan zal dat ook zo zijn. Je moet durven mensen steeds opnieuw aanspreken en je moet dat ook professioneel ondersteunen. Daarnaast vinden we ‘eigenaarschap’ heel belangrijk. Leden voelen zich steeds vaker mee verantwoordelijk voor hun club en het aantal helpende handen neemt toe. Wij geloven niet in losse engagementen en losse deelnemers. Dat zag je ook tijdens corona. Wij hebben onze lokale bestuursploegen niet losgelaten en die bestuursploegen hebben hun leden niet losgelaten. Nee, het is niet altijd gemakkelijk maar je moet je vereniging vitaal houden en er zelf in blijven geloven. Daarvoor moeten we ook de beeldvorming rond vrijwilligerswerk aanpakken.  

 

What's in a name? 

Beeldvorming is alles. Niet alleen rond vrijwilligerswerk maar zeker ook als het om oud zijn of oud worden gaat. 
Sammy Mahdi: Toen ik het idee opvatte om een ‘Ouderenplan’ uit te werken, zijn we gaan samenzitten met heel veel organisaties, deskundigen, verenigen en ouderen. En wat blijkt? Iedereen worstelt met de term. Hoe willen ouderen zélf aangesproken worden? Niemand weet het. Senioren, ouderen, gepensioneerden, generatie ervaring… Dat zegt veel over de manier waarop onze samenleving kijkt naar ouderen. Oud wordt in onze samenleving nog te vaak geassocieerd met een zorg, een kost, afgeschreven worden. 

Martin De Loose: Klopt. En het ergste is dat dit een effect heeft op de beeldvorming van ouderen over zichzelf. Jong gepensioneerden voelen zich daar sterk op aangesproken. Vandaar onze FOERT-campagne. Net door te provoceren en het woord ‘oud’ prominent in beeld te brengen, willen we die negatieve beeldvorming bijsturen. Leeftijd is ten slotte maar een getal. 

 

De wereld valt stil 

Sammy Mahdi: We doen ouderen daarmee veel onrecht aan. Ze hebben nog zoveel in hun mars. Stel je een dag voor waarop alle senioren hun engagement in de samenleving neerleggen - of het nu om vrijwilligerswerk in een vereniging, mantelzorg of opvang van kleinkinderen gaat - dan ligt de wereld gewoon plat. Dit moeten we veel meer in beeld brengen. 

Martin de Loose: En dat kan je doortrekken voor de hele samenleving. Stel dat iedereen maar 4/5e zou werken en daarnaast een vrijwillig engagement zou opnemen, wat een fantastische samenleving zouden we dan niet hebben. En de overheid kan dat mee sturen. Het zou prachtig zijn als vrijwilligerswerk even sterk gevaloriseerd wordt als betaalde arbeid. Mensen zijn het gewoon om vele dingen te verwachten van een overheid of samenleving maar een overheid durft mensen niet vragen iets terug te geven aan de samenleving. Hoe je een samenleving daar concreet op organiseert en hoe je dat vrijwilligerswerk dan concreet waardeert, dààr moeten we samen verder over nadenken. 
 

Eenzaamheid als uitdaging  

Leven krijgt pas betekenis in relatie met anderen. Het is een mantra dat partijvoorzitter Mahdi en directeur De Loose delen. 
Sammy Mahdi: Digitale dienstverlening, personeelsloze winkels, smartphonegebruik enz zorgen ervoor dat het aantal echte en betekenisvolle fysieke contacten drastisch afneemt. Voor senioren komt daar nog bij dat onze samenleving zo op werk gefocust is dat we ons niet voorbereiden op wat erna komt. Het onderhouden van of zoeken naar nieuwe sociale netwerken wordt dan plots een grote uitdaging.  
Martin De Loose: En doordat we in een sterk gemedicaliseerde wereld leven, grijpen we bij eenzaamheid en depressiegevoelens snel naar pillen. Het is tekenend dat er zo’n 80 miljoen wordt uitgegeven aan anti-depressiva terwijl er ‘slechts’ 37 miljoen naar de ondersteuning van sociaal-culturele verenigingen gaat. Wij hebben daarom een mooi alternatief uitgedokterd: De Verenigingspil. Niet om de strijd aan te gaan met de farma-industrie maar om een alternatief te bieden. Het idee wordt intussen onderschreven door de (beroeps)verenigingen van zowel huisartsen, apothekers, psychologen als patiënten en heel wat verenigingen. Achter de fysieke pil schuilt een digitaal platform waardoor zorgverleners mensen naar een lokale vereniging kunnen doorsturen. We kijken uiteraard ook naar de politiek om dit mee te ondersteunen. 
Sammy Mahdi: Dit klinkt inderdaad als een schitterend initiatief om mensen concreet naar het verenigingsleven toe te leiden. Als het gedragen wordt door de hele sector zullen heel veel organisaties er baat bij hebben en worden mensen meegenomen in de kracht van het verenigingsleven. Ik zal er Hilde (Crevits, minister van welzijn nvdr) zeker over aanspreken. 
In ons Ouderenplan zitten nog actiepunten om het fysiek contact te stimuleren. Zo kan je met architecturale ingrepen (meer aandacht voor voetgangers, zitbanken …) ontmoeting stimuleren. Aandacht voor goede voetpaden: vroeger zou ik dat weggelachen hebben maar nu besef ik pas hoe noodzakelijk dat is voor ouderen. En eigenlijk komt dat ook andere generaties ten goede. Als jongerenvoorzitter kon de trein nooit snel genoeg gaan. Nu heb ik niet alleen het eindstation in het vizier maar wil ik ook dat iedereen mee is. Ik stuur daarom nu veel meer aan op intergenerationele contacten. Ouderen moeten dringend het respect en de waardering krijgen die ze verdienen. 

 

Lees het 100 punten tellende Ouderenplan van CD&V op www.cdenv.be/standpunt_ouderenplan 

 

 

 

 

 

 

Sta me toe eerste en vooral op te merken dat de uitspraken van meneer Mahdi ons nogal opportunistisch en vrijblijvend overkomen. Het getuigt van weinig ambitie als je de huidige toestand (20% 60-plussers op de lokale lijsten) als doelstelling naar voor schuift. We kunnen er evenmin om heen dat zijn partij sinds jaar en dag bevoegd is voor het ouderenbeleid. We zijn niettemin benieuwd naar zijn "ouderenplan" van zijn partij, maar nog meer in het ouderenbeleid van de Vlaamse regering, waarin de CD&V participeert en opnieuw de portefeuille ouderenzorg beheert.  

Senioren, ouderen, 60-plussers, ... in a name? Het valt ons op dat het in het politiek discours over die grote en belangrijke doelgroep bijna steeds over zorg en pensioenen gaat. Voor Groen zijn ouderen meer dan pensoengerechtigden met een zorgnood. Hun bijdrage aan de informele economie van vrijwilligerswerk, het verenigingsleven, mantelzorg, ... is bijzonder groot! Dat hebben we recent bijvoorbeeld nog gezien bij de bezetting van de vaccinatiecentra. We willen dan ook meer investeren in gezondheidspromotie en ziektepreventie zodat de jaren in goede levenskwaliteit - en daardoor ook die bijdrage aan de informele economie - kunnen toenemen. Participatie van "ouderen" in de samenleving is immers niet alleen erg waardevol voor die ouderen zelf.  

Dat geldt evenzeer voor politieke participatie. Binnen groen is een netwerk van 60-plussers onder de naam Groen Plus bijzonder actief. Zij beïnvloeden, net als andere interne netwerken, de agenda en de positionering van Groen heel erg. U weet ongetwijfeld dat we bijzonder belang hechten aan basisdemocratie en diversiteit bij Groen. Zo kun je in ons programma voor de verkiezingen van 2019 het volgende lezen: 

"Leeftijdsdiscriminatie is een onderbelicht probleem. Op de arbeidsmarkt binden we de strijd aan tegen stereotypen over oudere werknemers. We verbeteren de politieke participatie van ouderen door te innoveren met positieve acties. Zo worden ouderen aangemoedigd om vaker een publiek mandaat op te nemen." 

Er geldt geen specifiek quotum op basis van leeftijd voor de (lokale) lijstvorming. De aanwezigheid van 60-plussers op de lijsten en ook het aantal 60-plussers dat verkozen mandaten opneemt, is traditioneel behoorlijk hoog. Specifieke maatregelen zijn daarvoor niet nodig. Tegelijk zorgen we er ook voor dat andere minderheidsgroepen aan bod komen.  

Nog meer standpunten van Groen over ouderen en ouderenbeleid vind je hier. 

Een belangrijke realisatie tijdens deze legislatuur, waar Groen via vice-premier De Sutter bijzonder op gewogen heeft, is de verbetering van de pensioenrechten voor vrouwen. Daarover kan je meer lezen via deze link. 

Ook op ons congres Code Groen vorige maand hebben we het uitgebreid gehad over ouderen. De goedgekeurde teksten zijn echter nog niet publiek. Daarvoor moeten we u nog even geduld vragen. En uiteraard zullen we ook tijdens de voorbereiding van het verkiezingsprogramma aan die grote en belangrijke doelgroep denken. 

 

 

 

 

 

 

 

Elke politicus die meer respect voor senioren bepleit, zal in de N-VA een overtuigde partner vinden. Wel trachten we als partij hierbij telkens het louter sloganeske en symbolische te overstijgen en na te denken over concrete oplossingen voor concrete problemen van Vlamingen. Zo ook voor die van onze Vlaamse senioren. 

 

In die zin vinden wij het idee van quota voor eender welke bevolkingsgroep een typisch voorbeeld van symboolpolitiek. Bovendien is het ook een fausse bonne idée. Quota brengen immers het gevaar met zich mee dat mensen zich afvragen of betrokken leden van een bepaalde bevolkingsgroep hun plaats wel verdiend hebben op basis van bekwaamheid, eerder dan om te voldoen aan bepaalde quota. 

 

Verstandige partijen zorgen er hoe dan ook voor dat hun (lokale) lijsten een afspiegeling zijn van de (lokale) bevolking, en hebben hiervoor geen quota nodig. Zo zijn wij ervan overtuigd dat er meer dan genoeg senioren zijn die op eigen houtje hun plaats op een politieke lijst kunnen verdienen, zonder dat hiervoor quota nodig zijn. Voor de N-VA geldt consequent: "de beste kandidaat op de juiste plaats". Dat levert bij ons altijd lijsten op met een mooie vertegenwoordiging aan senioren. Hun ervaring dragen wij als partij dan ook hoog in het vaandel. 

 

De retoriek van Sammy Mahdi klinkt ook eerder hol als men kijkt naar wat zijn partij concreet inhoudelijk op tafel legt op plekken waar het ertoe doet. Denk bijvoorbeeld aan de fiscale hervormingsplannen die momenteel op de federale regeringstafel liggen. 

 

Onder het originele voorstel van minister van Financiën Van Peteghem zouden uitgerekend gepensioneerden immers fors aan koopkracht moeten inboeten. De enige maatregel die effectief zal opbrengen wat begroot is, wordt immers een algemene btw-verhoging. Het tarief van zes procent wordt met de helft verhoogd en komt zo op negen procent te liggen. Heel wat basisproducten worden duurder. Maar de voorziene lastenverlaging zal voor het overgrote deel van de gepensioneerden niet of amper van toepassing zijn. De duurdere winkelkar betekent voor hen dus een aantasting van hun koopkracht. 

 

Daarnaast zal ook de verhoging van de effectentaks, die verkocht wordt als bijdrage van de rijksten, niet alleen de sterkste schouders treffen. Via kleine (pensioen)beleggingen in verzekeringsfondsen komt die rekening straks ook bij veel bescheiden langdurige spaarders terecht. Zo neemt men een beet uit hun extra appel voor de dorst. Ook het langetermijnsparen, de verhoogde aftrek voor pensioensparen en de dreiging van de federale minister van Pensioenen om het aanvullende pensioen extra te belasten heeft één gemeenschappelijke noemer: de gepensioneerde betaalt. Ondanks het feit dat die vaak heel zijn leven belastingen heeft betaald om zich te verzekeren van een zorgeloze oudere dag. 

 

Voor N-VA is ouder worden geen synoniem voor 'passief worden'. Ouderen zijn, net zoals andere burgers, actieve deelnemers aan onze samenleving. We kijken in onze visie niet alleen naar de algemene levenskwaliteit van ouderen. Ook een veilige leefomgeving met aandacht voor aangepaste mobiliteit en toegankelijke gebouwen is van groot belang. Zo blijft sociaal contact mogelijk en kunnen ouderen maximaal deelnemen aan onze gemeenschap. 

 

Op ons congres, dat in mei van dit jaar plaatsvond, hebben we trouwens ook uitgebreid aandacht besteed aan de noden van onze senioren. 

 

Zo willen we voortaan minstens de helft van de welvaartsenveloppe automatisch aan de pensioenen besteden. Daarbij gaat onze prioriteit uit naar mensen die effectief gewerkt hebben zodat het verzekeringsprincipe hersteld wordt en vroegere activiteit ook tijdens het pensioen meer beloond wordt. Vandaag vloeit die welvaartsenveloppe nog disproportioneel naar mensen op actieve leeftijd die niet bijdragen. 

 

Ook over de fiscale situatie van gepensioneerden die willen blijven werken maken we duidelijke keuzes. We willen een versoepeling van de regelgeving en een bevrijdende heffing van 20 procent als belasting op hun arbeid. Vandaag ligt dat bedrag véél hoger en volgens ons dus véél te hoog. Daardoor gaat vandaag te veel ervaring, kennis en expertise verloren. Terwijl onze zorg, ons onderwijs en onze bedrijven smeken om werkkrachten. Voor alle duidelijkheid: wie heel zijn leven hard gewerkt heeft, heeft het volste recht om te genieten van zijn of haar welverdiend pensioen. Maar wie daarbovenop na de pensioenleeftijd nog actief wenst te blijven, moet daartoe aangemoedigd worden met lagere lasten. 

 

Daar bovenop willen we de winkelkar goedkoper maken. Die is vandaag veel duurder dan in andere landen omwille van allerlei unieke heffingen die enkel hier bestaan. Door die heffingen te schrappen, maken we de winkelkar een stuk goedkoper. Dat is vooral voor ouderen interessant aangezien zij geen beroep meer kunnen doen op maaltijdcheques of maaltijden op het werk. En dus in hogere mate afhankelijk zijn van de winkelprijzen.  

 

Ten slotte hechten we enorm veel belang aan het gemeenschapsgevoel onder de Vlamingen. Vooral voor onze ouderen, die soms minder goed te been zijn of jammer genoeg alleen vallen, is het cruciaal om te blijven inzetten op actieve inclusie binnen de lokale gemeenschap. Daarom stellen we onder meer voor om in elke gemeente een buurtpunt te installeren waar essentiële diensten zoals een bankautomaat en een postpunt samengebracht worden. Ook voor administratieve hulp kunnen senioren daar terecht. Maar bovenal dienen het ook ontmoetingsplekken te worden voor jong én oud. 

 

 

 

 

 

 

 

 

Ouderen zijn in de eerste plaats ook vooral burgers en niet iedere 60-plusser wil als senior worden gedefinieerd. Onze partij wil 60-plussers de kans geven nog volwaardig te participeren in onze samenleving. Oud moet dus zeker niet out betekenen. Daarom zetten wij in op de mogelijkheid om nog te kunnen blijven werken na het pensioen. Wij willen flexi-jobs uitbreiden naar alle sectoren, zodat iedereen die het wil nog voordelig kan bijklussen waar hij wil.  

 

Onze partij wil werken meer laten lonen, maar ook gewerkt hebben. Daarom ijveren wij voor deftige pensioenen die nog meer in verhouding staan met het aantal gewerkte jaren. In de regering De Croo hebben we het minimumpensioen opgetrokken tot €1500, maar ook de voorwaarden verstrengd zodat het niet meer mogelijk is dat iemand die nooit gewerkt heeft, kan genieten van het minimumpensioen. 

 

Verder willen wij 60-plussers betrokken houden bij de samenleving. Daarom ondersteunen wij de werking van de seniorenverenigingen en andere initiatieven die het sociaal weefsel versterken. Bij beleidsbeslissingen is het belangrijk rekening te houden dat iedereen mee is. Een concreet voorbeeld hiervan is de strijd van staatssecretaris Alexia Bertrand om voldoende bankautomaten te voorzien op een redelijke afstand en een goede spreiding te bewaren. Elke gemeente moet een bankautomaat hebben zodat iedereen die dat wenst nog met cash kan betalen. 

 

 

 

 

 

In de federale regering ondersteunt Vooruit onze ouderen heel concreet door werk te maken van hogere pensioenen en meer koopkracht. Zo verhoogden we de minimumpensioenen tot 1.500 euro netto. En tegen eind 2024 zal dat bedrag al verhoogd zijn tot 1.600 euro netto. Want voor ons is het duidelijk: werken moet lonen. En wie zijn hele leven lang hard gewerkt heeft, verdient een pensioen zonder zorgen.  
Daarnaast verdedigden wij de index tegen alle aanvallen van rechts. Want als de prijzen stijgen, moeten ook de lonen, pensioenen en uitkeringen mee stijgen. Dat vinden wij maar logisch. We hebben ook de werkbonus uitgebreid voor de laagste inkomens. En Vooruit heeft er alles aan gedaan om de btw op energie te verlagen naar 6%. Want je huis verwarmen, de was doen of koken: dat is basis, geen luxe. 
We blijven bovendien strijden voor een pensioenhervorming. Die mag, wat ons betreft, ver gaan. Wij vinden het logisch dat wie op zijn 18e is beginnen werken op zijn 60e kan stoppen. Een systeem waarbij er rekening wordt gehouden met de effectief gewerkte jaren is eerlijker. Wie langer werkt dan nodig, moet daarvoor ook een pensioenbonus krijgen, volgens ons.  
Wie werkt, moet bovendien voor ons alle kansen krijgen om on the job te blijven bijleren en zich verder te ontwikkelen of om zich bij te scholen of om te scholen. In een wereld die snel verandert, moeten we allemaal continu bijleren. Digitalisering en technologische vernieuwing creëren wel nieuwe jobs, maar zorgen ook dat de inhoud van jobs nooit lang gelijk blijft. Vooruit wil dat er veel meer tijd en middelen gestoken worden in het levenslang leren van onze werkende mensen. Onze toekomst als succesvolle kenniseconomie hangt ervan af. Dat is trouwens geen luxe, maar een must. Wie relevant wil blijven op de arbeidsmarkt, moet levenslang leren. Daarom ondersteunen wij absoluut de continue bijscholing van werkende mensen. 
Helaas zien we ook dat de Vlaamse regering, waar Vooruit geen deel van uitmaakt, blijft besparen op onze ouderen. Voor thuiszorg zijn er vaak lange wachtlijsten. En hoewel de meeste woonzorgcentra hun best doen, zijn er enkele cowboys in de sector die al jaren ongestoord slechte zorg bieden. Net zoals in de kinderopvang zijn er te weinig inspecteurs in de ouderenzorg en worden de problemen in inspectieverslagen te weinig opgevolgd door de Vlaamse overheid. Zo komt niet enkel de kwaliteit in het gedrang, maar worden er ook grote winsten geboekt op de ouderenzorg. Dat kan niet. Vooruit klaagt dit al maanden aan in het Vlaams Parlement. En we zullen ons daar tegen blijven verzetten. Onze ouderen verdienen de beste zorg.