Op maandag 22 mei rond 9.15 uur trokken we met een 40-tal Neos leden richting Eede in Nederland voor een bedrijfsbezoek aan de aspergekwekerij Spitsbroek van de broers Bastiaan en Nick Dikker.
Vanaf de aanplant tot de verkoop in de winkel van ongeschilde en geschilde witte asperges gebeurt alles intern wat betekent dat versheid en smaak wordt gewaarborgd. We hebben hier dus te maken met een korte keten.
Bastiaan gaf, tijdens een bezoek op de aspergevelden, met veel passie, uitleg over hun bedrijfsactiviteit.
Diverse soorten aspergezaden worden opgekweekt tot aspergeplanten. Juiste  plantenkeuze vormen de basis van een succesvolle teeltperiode.
De aspergeplant (Asparagus officinalis) is een meerjarige vaste plant. De rechtopstaande stengels kunnen tot 2 meter lang worden. De jonge stengels zijn de asperges. De plant vormt vlezige wortels, waarin het reservevoedsel wordt opgeslagen. De bovengrondse plant, met houtige stengels en zijtakken, sterft af in de herfst, maar de ondergrondse delen overwinteren, en vormen in de lente nieuwe stengels.
Hier worden de aspergevelden maar gedurende negen jaar verzorgd en geoogst. Langer niet omwille van kwaliteitsverlies. Na die negen jaar wordt uitgeweken naar nieuwe velden.
De aspergebedden worden afgedekt met plastic. Dit heeft als tweeledige doel om de grond te verwarmen, zodat de plant sneller groeit en meer opbrengst levert (zo kan men gedurende de gehele dag oogsten) en, om te voorkomen dat de koppen gaan verkleuren. In het verleden diende men de asperges zo snel mogelijk na zonsopgang te oogsten omdat de reeds boven de grond gegroeide plant door zonlicht onmiddellijk verkleurde en daardoor bij het sorteren in een lagere klasse terechtkwam.
Het aspergeseizoen is betrekkelijk kort. De eerste asperges steken in de lente de kop op (naargelang de temperaturen in februari of begin maart). Traditioneel wordt er meestal geoogst vanaf de 2de donderdag van april tot rond 24 juni (hoogfeest van de geboorte van de Heilige Johannes de Doper). Hierna wordt de plant met rust gelaten om deze de tijd te geven om te groeien, zodat er nieuwe energie wordt opgedaan voor het volgende jaar. De (zonne-)energie wordt opgenomen door het bovengrondse groene aspergeloof en opgeslagen in de wortels.
Het oogsten is handwerk door seizoenarbeiders. Met een mes op een lemmet van ongeveer 40 cm worden de asperges stuk voor stuk voorzichtig uit de rug (een hoop grond op het aspergebed van ongeveer 30 cm) gehaald.
Op het bedrijf aangekomen worden de asperges zo snel mogelijk in koud water gedurende een nacht ondergedompeld, waarna ze via een elektronische computergestuurde sorteermachine door een mini-wasstraat gaan, ze er keurig worden afgesneden op dezelfde lengte en in 18 soorten (gedeeltelijk handmatig) worden gesorteerd.
Asperges worden hier in kwaliteitsklassen verdeeld. Qua dikte wordt het AA-formaat (20–28 mm) als optimaal beschouwd, maar ook de A (16–20 mm), B (12–16 mm) en AAA (>28 mm) formaten worden, indien de asperge verder mooi is, tot de hoogste kwaliteitsklasse gerekend. De beste asperges zijn recht, hebben voldoende lengte, geen verkleuring aan de kop, geen open kop, zijn niet hol en hebben geen beschadigingen of bruine plekjes. Ze zijn regelmatig gevormd.
Na het winkelen en middagmaal aldaar in de tafelgedekte loods, verzorgd door Bruna & Emanuele, twee koks uit de school van Sergio Herman, vertrokken we naar de stad Sluis. Aldaar aangekomen kon iedereen er vrij rondkuieren, shoppen en een terrasje aandoen.
Omstreeks 18.00 uur reed de bus ons huiswaarts. Tevreden kwamen we in Herzele aan rond 19.00 uur.