Proof - page 26

NEOS
Justitie
26
het strafproces in de inkt van de
politiepen ligt. Op basis van hun ge-
schreven stukken – de zogenaamde
pv’s – wordt later een heel strafpro-
ces gebaseerd. ‘En politiemensen
zijn niet altijd voldoende opgeleid
om zo’n grote macht gedelegeerd
te krijgen, laat staan dat ze het kleed
van rechter mogen aantrekken.
Want in die pv’s liggen vaak reeds
oordelen vervat. Macht, het is een
raar beestje.’ Als lesgever aan de po-
litieschool van Brussel een boude
uitspraak. Al nuanceert hij onmid-
dellijk: ‘Wij advocaten zitten in een
loge alles nauwgezet uit te benen,
terwijl een politieman vaak bij nacht
en ontij dient uit te rukken voor elke
mogelijke zaak.’ Hij raakt pas echt
op dreef als hij getuigt over ingrij-
pende politiemaatregelen – denk
aan telefoontaps of infiltraties – die
niemand, zelfs de rechter niet, mag
inzien en in een strikt vertrouwelijke
kaft verdwijnen. Waar is de controle
daarop? Of over het feit dat er nog
steeds geen wetgeving bestaat om
getuigen op te roepen tijdens een
proces – assisen uitgezonderd – die
gaten in het onderzoek zouden kun-
nen belichten of nuanceren. ‘Want
eenmaal er in een pv staat dat de
verdachte bijvoorbeeld een gele jas
droeg en bijzonder agressief was, is
het moeilijk omdat idee nog te keren
zonder andere mondelinge getuige-
nissen op het proces.’ Zijn verdict is
uiteindelijk genadeloos: ‘Slechts 10%
van de strafzaken zou momenteel
de kwaliteitstest doorstaan. En je zal
morgen maar slachtoffer worden
van een zware verkrachting óf val-
selijk beticht worden van dit misdrijf
op basis van geruchten. Dan lijkt het
kalf op voorhand al verdronken. Of
is er alvast veel nodig in het twee-
de luik, tijdens de berechting, om
dit nog – ach ja – recht te trekken.
Ons model van strafrecht moet dus
op de schop. Pijnpunten genoeg. En
niemand blijft gespaard. Van Steen-
brugge: ‘Elk beroepsdomein wordt
tot in het oneindige gecontroleerd
en geëvalueerd, maar binnen de ma-
gistratuur is men voor het leven be-
noemd. Dus ook iemand die er met
z’n pet naar gooit, mag daden stel-
len en zich uitspreken over goed en
kwaad, wat veel menselijke schade
kan berokkenen. Al zijn er natuurlijk
ook veel schitterende magistraten.
Maar die worden dan weer veel te
karig betaald. Want voor hun grote
belang en impact op de maatschap-
pij moet je veel kennis en tijd heb-
ben. Kortom: veel offers brengen.
Het contrast tussen plichtsbewuste
rechters en degene die ten onrech-
te op hun positie zitten is gigantisch.
Het kaf moet uit het koren. Over het
leven van iemand anders oordelen is
trouwens aartsmoeilijk. Het zou dan
ook geen exclusief domein van juris-
ten mogen zijn, die denken te vaak
de waarheid in pacht te hebben. Ze
mogen zich niet opsluiten in een ivo-
ren toren, maar moeten zich laten
bevruchten door andere disciplines.
Zo kan de wetenschap bijvoorbeeld
aantonen of iemands amygdala
(het centrum dat onze menselijke
emoties aanstuurt en verwerkt) al
dan niet oplicht bij het bekijken van
gruwelijke beelden.’ Concreet pleit
Van Steenbrugge voor magistra-
tenscholen en externe audits. Dat
wordt hem in het wereldje vaak niet
in dank afgenomen. Magistraten
vrezen voor hun onafhankelijkheid.
‘Maar er moet altijd iemand oorde-
len’, aldus Van Steenbrugge. En ik
heb maar één bekommernis: Heeft
mijn cliënt een fair proces gekregen
of niet?’ Ook z’n eigen beroepsca-
tegorie ontsnapt niet aan een veeg
uit de pan. ‘Want van de ene dag op
Mocht ik minister van justitie worden
– en ik koester geen ambitie –
zou ik de onderzoekskabinetten verruimen
en onderzoeksrechters bemannen
met de beste specialisten ter zake
1...,16,17,18,19,20,21,22,23,24,25 27,28,29,30,31,32,33,34,35,36,...60
Powered by FlippingBook